donderdag 11 augustus 2016

Hakken laag!


In de paardrijles hoor je de instructeur zeggen houd je hakken laag! Het e-zine Dressuur heeft daar ook een artikel over geschreven (http://www.dressuur.nl/berichten/4843). Daarin wordt omschreven dat het bij paardrijden voor een juiste zit belangrijk is dat je de hakken laag houdt. Toch mis ik de details over waarom dan? En hoe doe ik dat? Ik doe graag een poging.

In de studiemap van de opleiding tot instructeur staat geschreven dat problemen in de regio van de voet zich meestal uiten in:

  1. het optrekken van de hak, in combinatie met het optrekken van de knie;
  2. het uitgesproken uitdrukken van de hak, waarbij de ruiter de enkel op slot zet.
    Dit zou betekenen dat hakken laag! spanning in de enkel veroorzaakt met als gevolg dat de ruiter niet meer in staat is om mee te veren met de beweging van het paard. Daarnaast is het optrekken van de hakken een gevolg van het optrekken van de knieën, wat weer een gevolg is van het spannen van de billen, waardoor je op het zadel zit i.p.v. in het zadel zit; ofwel om je paard heen zit.
    Waarom horen we het instructeurs dan zeggen in de les?
    Het is heel belangrijk voor een goed ruitergevoel om om het paard heen te zitten. We zien vaak dat mensen die nog niet de juiste balans hebben op het paard zich vast willen houden aan de teugels en daarbij het onderlijf optrekken. Het is een natuurlijke reactie van de mens om zich klein te maken bij onbewuste angstgevoelens; benen optrekken en het is een natuurlijke reactie van de mens om zich vast te houden of vast te grijpen bij het gevoel van vallen; trekken aan de teugels. Die teugels heb je immers vast.
    Instructeurs willen ruiters juist graag helpen om in balans op het paard te zitten. Benen lang maken en hakken uitdrukken, zodat ruiters leren meer om het paard en in het zadel te gaan zitten. Het is zo moeilijk in het begin, omdat onbewuste gevoelens van angst zo ontzettend aanwezig zijn. Vanuit de natuur gezien is dit ook logisch; paardrijden is niet natuurlijk voor een mens!
    Wat willen instructeurs nu eigenlijk bereiken met het vragen naar hakken laag?
    Wanneer een ruiter goed met zitvlak in het zadel zit, hebben de benen alle ruimte om, om het paard heen, ontspannen naar beneden te hangen. Als je de bal van de voet nu in de stijgbeugel doet, dan ontstaat er een lichte buiging in knie- en enkelgewricht. In de beweging functioneren deze gewrichten in lichte buiging, samen met het bekken, voor schokdemping. Door deze gewrichten als het ware mee te laten veren in de beweging van het paard kun je spieren aanspannen vanuit ontspanning. Dit is goed te zien bij springruiters.
    Ten tweede kun je niet of nauwelijks beenhulpen vanuit kuitdruk geven zonder lichte buiging in de enkels. Het is dus voor een goede balans, een meeverende zit en het geven van subtiele beenhulpen essentieel een lichte buiging in enkels, knieën en heupen te hebben.
     
    Wat kan de instructeur doen om hakken laag! bij de ruiter te bereiken?
    Besef dat rechtop zitten lukt vanuit het bekkengordel en het zitvlak. Ga pas met benen en voeten aan slag door te beginnen bij het zitten zelf. Uitgaande van de basis: zitten in het zadel; om het paard heen. Netjes rechtop zitten met het bovenlijf, waarbij de ademhaling rustig en laag (een buikademhaling) is.
    Kijken we nu naar de 2 problemen regio voet uit de studiemap voor instructeurs dan kan de instructeur het volgende meegeven aan de ruiter:
1. het optrekken van de hak, in combinatie met het optrekken van de knie;


De ruiter goed leren zitten. Daar zijn verschillende oefeningen voor. Daarna is het belangrijk dat de ruiter ervaart wat er gebeurt met de zit wanneer de benen ontspannen naar beneden hangen zonder gebruik te maken van de stijgbeugels. De instructeur kan dan de stijgbeugels bij de ruiter aandoen. (Het is belangrijk dat de ruiter probeert de benen te ontspannen.) Let erop dat de stijgbeugel onder het juiste punt onder de bal van de voet ligt en dat het been in juiste verticale lijn van de zit ligt.


Tips tijdens het rijden zijn:
  • knie wijst schuin naar beneden. Alsof er een lampje inzit die zijn lichtstraal naar de grond schijnt.
  • Geen spanning op de enkels door voeten richting de staart te brengen; het juist oplijnen van de enkel met heup/schouder/oor.
  • Als laatste oefening leer ik ruiters dat wanneer ik zeg: Benen lang maken, ik de achterkant van het gehele been tot en met de hiel bedoel. De bovenste tips zijn dan wel belangrijk om eerst uit te voeren.


2. het uitgesproken uitdrukken van de hak, waarbij de ruiter de enkel op slot zet;


Meestal is er sprake van te weinig gebruik maken van de lengte van het been. Deze oefening is bedoeld om de ruiter bewust te maken van hoeveel langer de benen eigenlijk zijn: De instructeur maakt een foto van de ruiter met de voeten in de stijgbeugels. Laat de ruiter de stijgbeugels uit doen en zijn benen ontspannen naar beneden bungelen. Maak de stijgbeugels op maat, waarbij de hak van de laars nog onder de stijgbeugel uitkomt. De ruiter doet de stijgbeugels weer aan en de instructeur maakt nog een foto. Bespreek samen het resultaat. De ruiter zal tijdens het rijden wel moeten wennen aan deze nieuwe stijgbeugellengte.